Overlijden


Aangifte van overlijden

Als een persoon komt te overlijden moet hiervan een overlijdensakte worden opgemaakt als bewijs van zijn dood. De aangifte wordt gedaan bij de Ambtenaar van de Burgerlijke Stand van de plaats van overlijden en op verklaring van de aangever. In de praktijk wordt de aangifte vergezeld van een schriftelijke bevestiging van de arts die de lijkschouwing heeft verricht.

Wie doet de aangifte?

De aangifte van overlijden moet worden gedaan door het hoofd des huizes of door iemand die door hem/haar is aangewezen. Wanneer iemand in een ziekeninrichting, gevangenis of andere openbare instelling is overleden, dan wordt de aangifte gedaan door de hoofden (directeur, cipier of opzichter) van de inrichting of degene die aan het hoofd staat van de administratie. Voor een militair is dat de plaatselijke militaire commandant.

Benodigde documenten voor het doen van aangifte

Voor de aangifte van overlijden dienen de volgende documenten te worden overgelegd:

  • een deugdelijke verklaring van de medicus die het overlijden heeft vastgesteld
  • de identiteitskaart van de aangever (voor wat betreft iemand ouder dan 16 jaar)
  • het familieboek van de overledene of van het gezin waartoe hij behoorde
Termijnen van aangifte

In Paramaribo moet de aangifte binnen 24 uur na het sterfgeval worden aangegeven. Voor de overige districten wordt een periode van 16 dagen in acht genomen. De dag van overlijden, zondagen en daarmee gelijkgestelde dagen worden in de aangegeven termijnen niet meegerekend. Zijn de bovengenoemde termijnen overschreden, dan kan een aangifte slechts met machtiging van de procureur-generaal plaatsvinden.

Inhoud van de akte

Bij de aangifte van overlijden wordt een akte opgemaakt. Hierin wordt de volgende informatie opgenomen:

  • naam en voornamen, leeftijd, beroep en woonplaats van de overledene.
  • de dag en het uur van overlijden
  • indien de overledene gehuwd was of is geweest, de naam en de voornamen van de andere echtgenoot. Als de persoon meermalen gehuwd was, dan worden de namen en voornamen van alle andere echtgenoten vermeld
  • de naam, voornamen, leeftijd, beroep en woonplaats van de aangever.
  • voor zover mogelijk de namen, voornamen en woonplaats van de ouders van de overledene.
Aangifte van levenloos

Met een levenloos geboren kind wordt bedoeld de uit een zwangerschapsduur van tenminste 24 weken ter wereld gekomen menselijk vrucht, welke na de geboorte geen enkele teken van levensverrichting heeft vertoond. De aangifte van een levenloos geboren kind wordt wel in de registers van overlijden ingeschreven en als akte van levenloos opgenomen. In de akte wordt dan niet opgenomen dat het kind is overleden, maar dat het kind welke op een bepaald tijdstip is geboren, als levenloos wordt aangegeven.

Aangifte van een levend geboren kind dat kort heeft geleefd

Van een kind dat levend is geboren, maar kort daarna is overleden, wordt eerst een geboorteakte en daarna een akte van overlijden opgemaakt.

Rechtsvermoeden van overlijden

Als iemand wordt vermist, kan door de kantonrechter, op verzoek van belanghebbenden (echtgenoot, erfgenamen) van zijn laatste woonplaats, nadat de vermiste op de voorgeschreven wijze is opgeroepen, rechtsvermoeden van overlijden worden uitgesproken. Dit verzoek kan pas worden gedaan na verloop van een bij wet bepaalde termijn van:

  • Vijf jaren na vertrek of na ontvangst van het laatste levensteken van de vermiste
  • Een jaar wanneer de vermiste tot de bemanning of passagier van een vaartuig, zowel in de lucht als te water, behoorde. De termijn van een jaar vangt aan nadat de laatste tijding van het vaartuig en zo geen tijding blijkt, met de dag waarop het vaartuig is gezien.

De verklaring van vermoedelijk overlijden moet algemeen worden bekendgemaakt door middel van dezelfde nieuwsbladen, in welke de openbare oproepingen werden geplaatst.

Aangifte van lijkvinding

Wanneer een lijk is gevonden, wordt rekening gehouden met de dag en tijd van vinding. Ook de plaats van vinding dient behoorlijk te worden vermeld. In dat geval wordt niet vermeld dat de persoon is overleden, maar dat het lijk is gevonden. Wanneer er sprake is van een overlijden door een tragisch ongeval of misdrijf, is de politie verantwoordelijk voor de aangifte.